Trichotillomanie: Terugkerende drang om haren uit te trekken
Trichotillomanie is een psychische aandoening in de impulscontrole waardoor een patiënt een terugkerende, onweerstaanbare drang heeft om op verschillende lichaamsgebieden haar uit te trekken waardoor waarneembaar haarverlies optreedt. Meestal is trichotillomanie een levenslange aandoening waarvoor een behandeling nodig is om de symptomen te verminderen of te doen stoppen. Deze aandoening kent heel wat sociale en emotionele gevolgen voor de patiënt en diens omgeving. De Franse huidarts F. Hallopeau beschreef voor het eerst deze aandoening in de medische literatuur in 1889, hoewel de ziekte reeds in het oude testament gekend was.
Synoniemen trichotillomanie
Trichotillomanie is eveneens gekend als
- haarplukziekte
- haaruittrekziekte
- trichomanie
- TTM
Oorzaken psychologische aandoening
De oorzaak van trichotillomanie onduidelijk. Maar net als vele complexe aandoeningen, is trichotillomanie waarschijnlijk het gevolg van een combinatie van genetische factoren en omgevingsfactoren. De aandoening is een soort verslaving. Soms is de aandoening eveneens een weerspiegeling van een psychisch probleem, een manier van het omgaan met een
stresserende of moeilijke situatie. Bij anderen is trichotillomanie een vorm van zelfverminking. Ook een
hersenafwijkingen is mogelijk de oorzaak van trichotillomanie, al is dit niet bij elke patiënt het geval. Tot slot hebben sommige patiënten een tekort aan serotonine in de
hersenen. Wanneer ze namelijk deze stof krijgen via een antidepressivum, verlicht dit de symptomen bij sommigen.
Epidemiologie en risicofactoren
Trichotillomanie tast zuigelingen aan, maar de piekleeftijd bij het begin van de symptomen is tussen 10 en 13 jaar. De prevalentie bedraagt naar schatting 0,6 tot 2%. Enkele factoren verhogen het risico op het ontwikkelen van trichotillomanie.
Andere aandoeningen
Patiënten met trichotillomanie hebben soms andere aandoeningen, zoals een
depressie, een angststoornis, een
obsessief compulsieve stoornis (OCS: psychische aandoening met obsessie en dwanghandelingen), een
eetstoornis, een persoonlijkheidsstoornis,
ADHD (moeite met aandacht en controleren van energie)of een ticstoornis. Ook
drugsmisbruik is gerelateerd met de ziekte.
Familiegeschiedenis
Genetica speelt mogelijk een rol bij de ontwikkeling van trichotillomanie. De aandoening komt vaker voor bij patiënten die een familielid met de ziekte hebben.
Geslacht
Meer vrouwen dan mannen krijgen een behandeling voor trichotillomanie omdat zij sneller een arts raadplegen. In de vroege jeugd zijn jongens en meisjes in gelijke aantallen getroffen.
Leeftijd
Trichotillomanie ontwikkelt zich meestal net voor of tijdens de vroege tienerjaren tussen de leeftijd van tien en dertien jaar. Zuigelingen zijn soms ook getroffen, maar meestal lijden zij aan milde symptomen die zonder behandeling verdwijnen.
Spanning en stress
Ernstig stressvolle situaties of gebeurtenissen leiden bij sommige mensen tot trichotillomanie. Voor deze patiënten is dit een manier van het omgaan met negatieve of ongemakkelijke gevoelens, zoals stress,
angst, spanning, verveling, eenzaamheid,
vermoeidheid of frustratie.
Soorten: Gericht of automatisch haren uittrekken
Een patiënt met trichotillomanie kan zowel gericht als automatisch aan de haren trekken, afhankelijk van de situatie en stemming, en beiden zijn eveneens mogelijk. Bepaalde posities of rituelen zoals het borstelen van de haren of het leggen van het hoofd op de hand(en) lokken een aanval van trichotillomanie uit.
Gericht
Bij sommige mensen gebeurt het uittrekken van de haren gericht. Zij willen de spanning of het leed verlichten en de onweerstaanbare drang beantwoorden om haren uit te trekken. Omdat het voor hen een gevoel van opluchting geeft om de haren uit te trekken, blijven ze dit ook doen. Ze gaan dan mogelijk nadenken over het uitzoeken van de juiste haren, of op uitgetrokken haren bijten.
Automatisch
Sommige patiënten trekken aan de haren zonder te beseffen dat ze dit doen, bijvoorbeeld uit verveling, tijdens het lezen, tijdens het autorijden of bij het televisiekijken.
Symptomen: Terugkerende drang om haren uit te trekken
De meeste patiënten met trichotillomanie doen het uittrekken van haren wanneer ze alleen zijn omdat ze deze problemen voor anderen willen verbergen. De symptomen van trichotillomanie variëren in ernst. Bij sommige patiënten ontstaan milde symptomen als gevolg van trichtillomanie omdat de patiënt dit nog kan beheersen. Bij anderen zijn de symptomen een stuk ernstiger. Daarnaast leiden sommige
hormonale veranderingen zoals de menstruatieperiode tot het plots verergeren van de symptomen. Bij anderen stoppen de symptomen tijdelijk voor enkele dagen, weken, maanden tot zelfs jaren om dan plots weer terug te keren.
Haar uittrekken
De meeste patiënten trekken herhaaldelijk de haren uit van de hoofdhuid (het vaakst), de wenkbrauwen en/of de wimpers (
madarose: verlies van wenkbrauwen en/of wimpers), het genitale gebied, de
oksels, de armen, de
benen, de borst of buik, het
gezicht (baard of snor) of andere lichaamsgebieden (de locaties variëren). Dit is voor hen meestal een onweerstaanbare, overweldigende en toenemende drang waardoor ze niet kunnen stoppen met het uittrekken van de haren. Dit geeft voor hen vaak een gevoel van plezier of opluchting, waardoor ze dit verslavingsgedrag steeds opnieuw gaan vertonen. Door de terugkerende schade aan de huid, ontstaan vaak zichtbaar kale of verdunde plekken op de hoofdhuid of andere lichaamsdelen, of schaarse of ontbrekende wimpers en wenkbrauwen, wat sociale en emotionele gevolgen heeft. Veelal heeft een patiënt namelijk heel veel angst of problemen op het werk, op school of in sociale situaties met betrekking tot het uittrekken van de haren.
Andere symptomen
Andere symptomen omvatten het bijten, kauwen of eten van uitgetrokken haren (trichofagie), het spelen met uitgetrokken haren of het wrijven van deze haren over de lippen of het gezicht. Veel patiënten hebben nog andere kenmerkende symptomen zoals plukken aan de huid, bijten aan de nagels of kauwen op de lippen. Soms trekken ze de haren van huisdieren, van poppen of van andere materialen uit, zoals van kleding of dekens.
Diagnose en onderzoeken
Lichamelijk onderzoek
De arts bekijkt de hoeveelheid en plaats(en) van de
haaruitval en bovendien elimineert hij andere oorzaken van het uittrekken van haren of haaruitval. Dit doet hij ook door de patiënt te vragen over zijn emotionele symptomen, en de gevoelens die hij vertoont voor, tijdens en na het uittrekken van de haren.
Differentiële diagnose
Trichotillomanie mag de arts niet verwarren met deze aandoeningen:
Behandeling
Het is belangrijk om een behandeling te krijgen voor deze chronische ziekte. Enkele opties zijn mogelijk. Via gedragstherapie en cognitieve therapie leert de patiënt om de symptomen te identificeren. Daarna leert hij om andere gedragingen te vertonen als hij de drang voelt om de haren uit te trekken, zoals bijvoorbeeld in de vuisten knijpen. Ook psychotherapie is nuttig om om te gaan met depressie, angst of verslaving. Voor een aantal patiënten vormt hypnose een uitkomst. Vrienden, familie en zelfhulpgroepen kunnen eveneens emotionele ondersteuning bieden. Op Facebook is de Nederlandstalige groep
TrichoTillomania NL actief. Bepaalde
medicijnen zoals
antidepressiva, bestrijden eveneens de onderliggende oorzaak van trichotillomanie en voor sommige patiënten is dit zelfs zeer effectief.
Complicaties
Hoewel deze aandoening niet bijzonder ernstig lijkt, heeft trichotillomanie mogelijk een grote negatieve impact op de kwaliteit van leven.
Emotionele nood
Veel patiënten met trichotillomanie ervaren schaamte, een schuldgevoel en een vernederd gevoel. Zij hebben een laag zelfbeeld, zijn depressief, voelen zich angstig en/of zijn verslaafd aan alcohol of drugs als gevolg van de aandoening.
Haarballen
Het eten van het haar resulteert mogelijk in een grote haarbal (trichobezoar) in het spijsverteringskanaal. Deze haarbal veroorzaakt in de loop der jaren
buikpijn,
gewichtsverlies,
misselijkheid,
braken, een bloeding de maag met
anemie (een tekort aan rode bloedcellen) als gevolg, een maagdarmverstopping,
constipatie, een ziek gevoel en soms zelfs de dood.
Huid- en haarschade
Het constant aan de haren trekken veroorzaakt
littekens en andere schade, waaronder infecties. Daarnaast is de haargroei mogelijk gestopt als gevolg van het permanent uittrekken van de haren.
Sociale activiteiten
Patiënten met de aandoening voelen zich verlegen en vermijden hierdoor sociale contacten wat de school- of werkprestaties beïnvloed, maar ook de familierelaties zijn mogelijk aangetast. Moeten ze toch in contact komen met anderen, dan dragen ze een pruik, een hoed, een sjaal of valse wimpers. Ook gebruikt de patiënt andere camouflagetechnieken om de kale plekken te verhullen.
Lees verder